De meeste toeristen blijven in het zonnige zuiden, waar veelal de zon schijnt en waar het heerlijk vertoeven is. Het groene noorden is rustiger en is vooral een ideale uitvalsbasis voor natuurliefhebbers, fietsers en wandelaars.
Het noordoosten van Tenerife is een gebied dat minder wordt bezocht. Nochtans herbergt het Anaga-gebergte de grootste verzameling laurierbossen van het eiland en is het hele jaar door vochtiger en frisser dan het zuiden.
Er sijpelt water uit de rotswanden en wolkenzeeën overspoelen het eiland, deze dichte mist werkt niet alleen afkoelend maar voedt vooral de natuur met vocht.
Het Macizo de Anaga is de naam van het gebergte in het noordoosten met als hoogste punt de Cruz de Taborno, 1.024 meter.
De bergen werden 7 tot 9 miljoen jaar geleden gevormd na een vulkanische erupties en zijn daarmee de oudste van het eiland. Het gebied herbergt het natuurpark, Parque Rural de Anaga. Sinds 2015 is dit gebied een biosfeerreservaat dat ook een deel van de oceaan betrekt als beschermd natuurgebied.
Het gebied is moeilijk te doorkruisen en tot op heden zijn er nog steeds locaties waar lastdieren een belangrijk vervoersmiddel zijn.
Taganana is een toeristische pleister en wordt druk bezocht om zijn typische ligging aan zee en ook om de visrestaurantjes die er gelegen zijn. Chamorga is dan weer een ander piepkleine locatie waar veel wandelaars doortrekken en waar een heel klein barretje soep, brood en wat frisdranken te koop aanbiedt.
Video: RusTenerife TV